Geschreven door Cees van der Kooij op 06-12-2021
Hendrik Otter
Geschreven door de heer Van der Kooij.
Op zondag 28 mei 1916 is in De Wilp Hendrik Otter geboren. Hendrik is het derde kind in het gezin Otter. Zijn grootvader was beurtschipper, zijn vader arbeider. De kans was groot dat ook Hendrik als (land)arbeider de kost moest gaan verdienen.
Hij bleek echter bijzonder muzikaal. Daarom kocht zijn familie toen Hendrik 15 jaar was een Scandalli-accordeon voor hem. Met die accordeon ging Hendrik de straten langs en werd steeds meer gevraagd voor feesten, bruiloften en danslessen. Toen hij 22 jaar was werd hij beroepsmuzikant.
Samen met een drummer verzorgde Hendrik tijdens de danslessen van dansmeester Veenstra uit Opende de muziek, onder meer in café Van Wijk in Lieveren. Vanwege een tekort aan meisjes werd Ettje Cazimier uit Roden geregeld gevraagd om mee te doen. Zo leerden Hendrik en Ettje elkaar kennen. Ze trouwden op zaterdag 3 september 1935. Met hun dochter Anke vestigden ze zich in 1936 in de Thedemalaan in Nietap. Daar werd zoon Abel geboren.
Hendrik trad overal in de stad Groningen, in Oost-Groningen en in Drenthe op. In die tijd kreeg hij contact met de CPN en besloot hij zich als lid aan te melden. Trouw betaalde hij zijn contributie. In het communistisch verzet zette hij zich in om het illegale CPN-blad Noorderlicht te verspreiden.
Hoewel hij niet voorkomt op de lijst van links-extremistische personen (de CID-lijst uit 1939) is hij toch op 25 juni 1941 in de vroege morgen thuis gearresteerd . Op dat moment zijn in heel Nederland een groot aantal communisten opgepakt. Het huis werd niet doorzocht, zodat het propagandamateriaal van de CPN verstopt op de zolder niet ontdekt werd.
Van Roden werd Hendrik die dag naar de marechausseekazerne in Assen gebracht. Samen met andere communisten als Wolter Aalders uit Roden-Alteveer en Sjerp Weima uit Assen werd hij met een bus over de Afsluitdijk naar kamp Schoorl gebracht. Daar zijn toen veel communisten opgesloten. Het werd Hendriks eerste kamp. Vandaar gingen hij en Aalders op transport naar kamp Amersfoort, waar ze kennis maakten met de meedogenloze behandeling van de gevangenen. In niet al te beste conditie - volgens een beschrijving ‘mager en met zakken onder de ogen’- werden ze in december op transport gezet naar concentratiekamp Neuengamme, waar ze op 13 december 1941 aankwamen. Hendrik werd ingeschreven onder nummer 6938 en Aalders onder nummer 6796.
Kort na hun aankomst brak in Neuengamme een tyfusepidemie uit, die maandenlang aanhield. Neuengamme had toen nog geen buitenkampen. Gevangenen werden in het kamp vooral ingezet in twee commando’s: het commando dat een nieuwe steenfabriek op het kampterrein moest opbouwen en het commando dat een kanaal en een haven aan moest leggen. Het werk werd onder moeilijke omstandigheden verricht en velen bezweken. Hendrik stierf op 25 april 1942 volgens de kamppapieren aan ‘offene Longtuberkulose’. Hij is gecremeerd in Neuengamme. Zijn as is overgebracht naar Roden en begraven op de algemene begraafplaats aldaar. Later werd zijn graf een graf van de Oorlogsgravenstichting. Zijn naam leeft voort op het Oorlogs- en Verzetsmonument op de algemene begraafplaats in Roden.