Yme was actief bij de groep Beverwijk. Hij deed mee aan wapendroppingen. Met zijn zoon ging hij de wapens ophalen die gedropt waren. Verstopt onder de net geplukte groente van het land werden de wapens afgevoerd. Ook hielp hij joodse onderduikers. Zelf had hij ook een joodse vrouw in huis aan de Overtoom 31 in Westzaan. Helaas is Yme verraden en opgepakt door een Nederlandse politieagent. De joodse mevrouw is ook opgehaald. Zij heeft de oorlog overleefd. Yme is eerst naar de gevangenis in Amsterdam gebracht. Daarna naar Utrecht en na zijn veroordeling via kamp Amersfoort naar Neuengamme gedeporteerd. Vanuit Neuengamme is hij tewerk gesteld in het noorden van Duitsland. Daar moesten anti-tank gleuven gegraven worden. Hier is hij ziek van terug gekomen. Helaas is hij vlak voor de bevrijding overleden.