Hendricus Leonardus Goossens

Powered by vir2biz

Persoonsgegevens

VoornaamHendricus Leonardus
InitialenH.L.
AchternaamGoossens
GeslachtMan
Geboren09-09-1910 in Geertruidenberg.
Overleden25-02-1945 in im Außenlager Meppen-Versen.

Reden arrestatierazzia
Gearresteerd inGeertruidenberg
Gearresteerd op08-10-1944

 

Neuengamme

Aangekomen op14-10-1944
Vanaf plaatsAmersfoort*

Detentiegeschiedenis

Amersfoort*, tot 11-10-1944*

Kampen

Meppen-Versen
Neuengamme*

Geleden ziektes

Pneumonie (longontsteking), Versen, Groß Hesepe 26 tot 1945-02-25

Ingezonden verhalen over Hendricus Leonardus Goossens

Geschreven door Paul de Schipper op 11-04-2018

http://www.bndestem.nl/multimedia/dynamic/01922/BS_14755990_147559_1922046q.jpgDatum: 24-05-2011, Artikel in BN-DeStem, door Paul de Schipper

Goossens heeft zijn vader nooit gekend. Veel heeft hij niet wat aan de man herinnert. foto Paul de Schipper



Ruim zestig jaar is Koos Goossens op zoek geweest naar het lichaam van zijn va­der die in de Tweede We­reldoorlog omkwam. Einde­lijk heeft hij hem gevonden.

Zijn vader was een ver­geelde foto. En een por­tretje op een persoonsbe­wijs uit 1941. De Duit­sers sloegen zijn vader dood voor Koos Goossens geboren werd. Dat gebeurde in het concentratiekamp Neuengamme. Een spoor, een graf? Dat was er niet. Tot een be­kende uit Geertruidenberg belde en zei: „ Er staat een Goossens op een lijst van het ereveld in Osnabrück, op internet. Kan dat jouw vader zijn?” Google bracht hem zijn vader terug.

Het verhaal van de razzia in café De Vrolijke Hoek op 8 oktober 1944 in de Dordtsestraat in Geertruidenberg.



Het is zondagmiddag. In het café van Anneke Verschure zit een groepje Bergenaren te kaarten. An­deren zijn aan het biljarten. Een van de kaartende mannen is Hen­drik Goossens uit de Elisa­bethstraat, 34 jaar oud. Hendrik is bodemperser op de Tankfabriek die aan de Donge staat. Zijn vrouw is zwanger van hun eerste kind. Hendrik is net te­rug van een dagje paling vissen in de Biesbosch, zijn hobby. Zo rond vijf uur klinkt er buiten motorgeronk, een vrachtwagen die stopt. Even later wordt de deur van het café opengegooid en stor­men vier Duitse soldaten het café binnen: SS’ers. Ze gaan direct naar het tafeltje met de kaartende mannen: „Ma­chen sie fertig, dan können Sie mitkommen”.



G. van Biezen, zijn zoon Janus, Kees Schalken en Hendrik Goos­sens, worden naar buiten gesom­meerd. Ook twee mannen die aan het biljarten zijn: Koos van Biezen en J. Goossens moeten mee. Op dat moment komt er toevallig een Duitse officier binnen die is belast met de bewaking van de PNEM-centrale. Hij ziet twee PNEM’ers, G. van Biezen en zijn zoon, gearresteerd worden en ver­telt de SS’ers dat hij die twee niet kan missen. Ze mogen gaan, maar in hun plaats vorderen de Duitsers twee anderen: Piet van Seeters en Gerrit Vissers uit Raamsdonks­veer. De Duitse legertruck brengt de gearresteerde mannen naar kamp Amersfoort.



„Ik zat toen nog in de buik van mijn moeder”, zegt Koos Goos­sens, 65 jaar, nu wonend in de Ha­venstraat in Geertruidenberg. „Ik heb mijn vader nooit gekend.”

Die avond van de achtste oktober hoort moeder Betje van Biezen hoe haar man is opgepakt en ver­dwenen. Koos: „ Ooggetuigen kwa­men het zeggen. Waar hij naar toe gebracht was, wist ze niet.” Betje blijft alleen met de leegte. Op 25 april bevalt ze van een zoon: Koos. Dan, op 17 juni 1945, ruim een maand na de bevrijding, keert een menselijk wrak terug in Geertruidenberg. Het is ‘ biljarter’ Koos van Biezen. Hij overleefde de tyfus en weegt nog 30 kilo.



Koos overleeft als enige van de vijf de ontberingen van de dwangar­beid in Duitsland.. En hij weet wat er met Hendrik Goossens is ge­beurd, want hij was er bij toen de Duitsers hem in het kamp Neuen­gamme doodranselden met de kolf van een geweer. Zoon Koos: „Van Biezen vertelde dat mijn va­der het vertikte om te werken. Hij had ook een paar keer partij ge­trokken voor mensen die door de Duitsers mishandeld werden. Van Biezen heeft gezien hoe ze hem doodsloegen. Dat was op 25 februa­ri 1945, precies twee maanden voor ik geboren werd.” Met de me­dedeling van de overlevende uit Neuengamme wordt Betje van Bie­zen een jonge weduwe. Ze her­trouwt later. Zijn stiefvader, Piet van der Made, accepteert Koos lief­devol als zijn eigen zoon, maar al­tijd blijft toch het lot van zijn ech­te vader, Hendrik Goossens, op de achtergrond spelen. Het verhaal is niet af. Want waar is het stoffelijk overschot gebleven? Waar is hij be­graven? Navraag bij de gemeente en in Den Haag, in de jaren ’60, le­vert niets op. Koos: „We zijn gaan zoeken, maar het antwoord was: ze zullen hem wel in een massa­graf gegooid hebben.”



Tot hij twee jaar geleden plotse­ling opgebeld werd door Diny de Gussem uit Geertruidenberg: „ Di­ny zei; ik ben op internet een lijst met namen tegengekomen van een ereveld van Nederlandse dwangarbeiders in Osnabrück. Daar staat een Goossens bij. Kan dat jouw vader zijn?” Koos: „De ge­gevens klopten, het was mijn va­der.” Met zijn vrouw Marijke is hij vervolgens naar Duitsland gere­den: „ Het was een keurig verzorg­de begraafplaats. Daar stond zijn naam op een zerk. Ja, dan sta je daar. Eindelijk. Het gevoel? Dat kan ik eigenlijk niet beschrijven.

Raar gevoel, kouwe rillingen. Dan is het verhaal wel rond, maar het komt ineens heel dichtbij.” Zijn vingers spelen met een roest­vrij stalen doosje dat naast een kof­fiekopje op tafel staat: „Dat heeft hij gemaakt, mijn vader, op de Tankfabriek, een stoof in het klein, je weet wel een stoof om je voeten te warmen. Dat stoof is het enige wat ik van hem heb. Dat geef ik nooit, nooit af.”


Verhaal insturen

U dient ingelogd te zijn om een verhaal in te sturen.

Inloggen

Foto insturen

U dient ingelogd te zijn om een foto in te sturen.

Inloggen

Wijzigingen doorgeven

U dient ingelogd te zijn om een wijziging/opmerking te versturen.

Inloggen